Login 
banner
 
 
 
 
Oever !? Activiteiten Nieuwsbrief Ledenluik
   Deze week
   Op datum
   Deze maand
   Ook voor Niet-leden
   Periodieke activiteiten
   Op soort
   Zoek activiteiten
   Reservatieregels
   Fuiven
   Weekends en Reizen
   Afspraakplaatsen
   Carpooltarieven
   Verslagen
   Annulatievoorwaarden
 
  U bevindt zich hier Activiteiten U bevindt zich hier Verslagen terug vorige   print print
delen mail
 
NIEUWSBRIEF
Verzend  Alleen link
ACTIVITEITEN
pijl lMaart 2024pijl r
madiwodovrzazo
    123
45678910
11121314151617
18192021222324
25262728293031
MEEST GELEZEN
Oever !?
Deze week
FUIVEN Singles
Activiteiten
Foto's
Nieuwsbrief
ZOEK op oever.be
google-logoOk
Verslag van VR 11/09/2009titel
subtitelWeerzien in Chevetogne
 
 
 
 Meestal ben ik te laat om in te schrijven voor een weekend en sta ik op de wachtlijst. Met wat geluk komt er dan toch op het laatste nippertje een plaats vrij. Maar dit keer had ik echt veel geluk, ik was niet te laat, schreef me in en ging, na meer dan zes jaar, terug naar Chevetogne. Ik zocht het boekje van toen op en vond daar mijn verslag terug. Gretig nam ik het door en verheugde mij op het weerzien bij de paters. Ondertussen is er vanalles veranderd, ik ben niet meer actief in het onderwijs en heb, na jaren, afscheid moeten nemen van mijn trouw ‘2Pkaatje’. Hoe zou het nu bij de paters zijn, 6 jaar later?
Vrij vroeg in de namiddag vertrok ik richting Ardennen om nog een bezoek te brengen aan een vriend die in de streek woont vooraleer ik mij zou laten opslorpen door de stilte binnen de abdij. Het was de bedoeling om tijdig aanwezig te zijn voor de Vespers van 18u30. Ik was ervan overtuigd dat ik blindelings van Falmagne naar Chevetogne kon rijden....maar een mens kan zich vergissen. Het CO2-gehalte rond Rochefort is met heel wat punten de hoogte ingejaagd door mijn eindeloos rond tuffen in de natuur en te laat toekomen voor de dienst.
Van de twaalf genodigden (de apostelen waren ook met twaalf) waren er vier die ik nog niet kende. Het was dus wel een heel blij weerzien. Na het handjes-, kusjes- en kennismakingsmoment gingen we aan tafel om lekkere verse soep te eten.
We verbleven dit keer in huis Emmaüs. In tegenstelling tot vorige keer, kookten we zelf en aten niet in de eetzaal van de abdij. Dit gaf wel een totaal ander beeld van het leven in een klooster. We hadden geen zwijgplicht tijdens het eten, moesten niet wachten tot het einde van de gebeden en stilletjes door de gangen schuifelen. Alleen de natuur, de rust, de sfeer binnen de kerken en de gezangen tijdens de vieringen beroerden onze zielen.
Rond 20u30 gingen we naar de completen in de Byzantijnse kerk. Ondanks het schaarse licht kon je vaag de muurschilderingen waarnemen. Zwartgeklede, rijzige schimmen bewogen zich door de kerk en namen links en rechts plaats in het koorgedeelte. Dan, vanuit het niets, begonnen de gezangen. Diepe warme basstemmen ondersteunen het meerstemmige gezang. Het nazinderen van de uitdijende klanken is een streling voor het oor. Kijken moet je niet, luisteren, alleen luisteren en opgaan in het geheel. Het
lijkt alsof er een heel koor aanwezig is, terwijl er toch maar 5 of 6 paters zingen.
Diep onder de indruk gingen we terug naar Emmaüs om daar vast te stellen dat er iemand in het gebouw ronddwaalde. We hadden nochtans alles goed afgesloten. Verwarring alom. Bij de kaas, wijn en brood vergaten we zelfs na te keuvelen over onze eerste religieuze belevenis.
Ik ging niet te laat slapen want het zou heel vroeg dag zijn.
Zaterdag, 5u30: het was pikdonker, de vogels sliepen nog als een GSM begon te piepen. Opstaan. Met een vochtig handje wreef ik de slaap uit mijn ogen.
Magda, Leen en Gerd hadden het piepen ook gehoord en volgden hetzelfde ritueel. Gehuld in een dikke vest en verder wakker wordend door de frisse lucht, gingen we naar de kerk voor de Lauden. De paters waren ook wakker en zongen sereen de teksten die in het teken van het komende feest stonden, de Heilige Kruisverheffing. Opmerkelijk is dat tijdens al de gebedsstonden de paters uit de beide ritussen aanwezig zijn. Dit kadert in de Oecumenische
gedachte die moet leiden naar een eenheid onder de kristenen.
Als we buiten kwamen was het dag. De mist die uit het dal opsteeg, was de aankondiging van een zonnige dag.
In Emmaüs geurt het naar koffie. Terwijl we het warme brouwsel opslurpten, vertelde Frans zijn nachtelijk avontuur. Rond het spokenuur werd hij opgeschrikt door gebons op de achterdeur. Je zou van minder doodvallen maar Frans bleef leven en keek argwanend naar buiten. De geheimzinnige man wou ten allen prijzen binnen en vertelde meteen dat de sleutels niet langs binnen op de deuren mochten steken. Op de vraag wat hij kwam doen, mompelde hij in het Duits dat hij toilet en douche mocht gebruiken. Slapen deed hij in eencaravan in het bos. Van angstpsychoses was er nog geen sprake maar sommigen onder ons stelden zich toch vragen. We dronken de koffie verder uit en maakten ons opnieuw klaar voor de Eucharistieviering in de Latijnse kerk.
In Emmaüs geurt het nu niet alleen naar koffie maar ook naar vers brood. We verwenden ons met konfituur en choco. Het afruimen en afwassen van het ontbijtgerief gebeurde vliegensvlug want om 10u hadden we afspraak met Père Jean. Hij behoorde tot de groep paters van de Byzantijnse ritus. We hadden van Frans bij het toekomen een bundel met info gekregen zodat we toch al iets wisten. Père Jean vertelde eerst wat over de paters en ging
dan over tot de geschiedenis van de Byzantijnse kerk, de benaming van de ruimten en de verwijzing naar het oude en het nieuwe testament, de betekenis van de fresco’s, het ritueel tijdens de erediensten. Terwijl er in de Latijnse Kerk naar vereenvoudiging is gestreefd, zijn de vieringen in de Byzantijnse Kerk feestelijker en uitgebreider. We zouden zondag getuigen zijn van zo een liturgie.
Na de uiteenzetting was het weer holderdebolder naar de Sexten waarna we opnieuw koffie, brood, konfituur, choco, aten en dronken.
Frans en Gerd hadden voor de namiddag een wandeling gepland. Ik verwittigde iedereen voor de aanvallust van teken en stopte zelf mijn broekspijpen in mijn sokken, kwestie van de beestjes geen kans te geven. Het land van Chevetogne is klimmend en dalend en dat deden we. Puffend naar boven en knieënknikkend naar beneden. Ergens ten halve keerden Ingrid (die zich niet 100% voelde), Gerd en Mariëtte terug. Met negen stapten we verder. Het
landschap was prachtig, de zon bleef schijnen en na een lus van 12 kilometer, sleepte ik me de laatste meters bergop. Oef!
Er wachtte ons een heerlijke maaltijd. Gewone dagelijkse kost: aardappelen, boontjes, sla en stukje gebraad. Omdat we mochten praten, overstegen de decibels meer dan eens de paterlijke normen.
Tegen 19u30 moesten we terug in de Byzantijnse Kerk zijn voor de Vigilie.
Buiten stond een pater de klokken te luiden om de mensen uit te nodigen voor de viering. De Vigilie is een lange gebedsdienst waarin twaalf psalmen gezongen worden. Het was alsof je naar een concert ging met uitsluitend mannenkoren. De meesten onder ons hadden een plaatske gezocht in de bidstoelen zodat we steun in de rug hadden. Op sommige ogenblikken was het donker in de kerk en dan weer werd het licht ontstoken. Een ritueel rond nacht en dag, rond duister en licht.
Zo’n twee uur later keerden we terug naar Emmaüs. Ik was stokstijf van de wandeling en het lange zitten in de kerk. Mijn ogen moesten wennen aan het donker. Zo zou ik me voelen als ik honderd jaar ben. Gesteund aan de arm van Magda daalden we de weg af. Na nog een drankje ging ik naar bed. Het slaapliedje heb ik niet meer gehoord.
Zondag, 8u. De warme bakker bakt ‘s zondags wat later zijn brood zodat we mochten uitslapen. In het woordenboek van de paters wordt het woord uitslapen niet vermeld. Zij hadden de Lauden al achter de rug. De koffie geurde heerlijk, de broodjes verdwenen in de hongerige magen en omdat Frans geen nachtelijk verhaal had, kreeg Mon de kans om ons uit te nodigen voor een kort orgelconcert in de Latijnse kerk. Hij is orgelist in een parochiekerk in Edegem, werkt daar ook aan misvieringen rond het thema ‘Vreugde’. Hij was niet de enige in de groep die nauwere banden had met de Kerk. Bertrand was gedurende enkele jaren op proef bij de Paters van het Heilig Hart.
Orgel spelen is niet evident. Je moet met je twee handen en twee voeten tegelijk spelen, daarbij nog op knopjes drukken of balken uittrekken voor een hoger of luider register en een partituur met drie notenbalken onder elkaar tegelijk lezen. Begin maar. Als pianiste weet ik wat dat betekent.
Maar Mon deed het mooi, gevoelsvol. Je zag en hoorde dat hij een kenner was. Het applaus nadien was terecht. Daarna renden we naar de andere muziektempel. Zo kan je het ook stellen. Orgelconcert in de ene kerk, koorzang in de andere kerk.
Een liturgie op zondag volgens de Byzantijnse ritus kan je vergelijken met onze vroegere hoogmissen met drie priesters aan het altaar. Ik onthield me hier van de H. Communie. Het waren stukjes brood die gesopt werden in wijn en dan met een lepeltje in je mond gebracht. Ik lust helemaal geen gesopte dingen, zelfs geen koekje in de koffie, vandaar. De gezangen waren weer indrukwekkend. Deze keer bestond het koor uit zeven paters.
 
 Na de dienst kwam het einde van het weekend een beetje in zicht. Leen en ik gingen via een wandelpaadje door het bos terug naar Emmaüs. Om de teken uit te dagen, liepen we met blote voeten in onze sandalen. Een deel van de groep maakte spaghetti bolognaise en de anderen begonnen met het opkuisen van de kamers. We moesten het huis netjes achter laten. Spaghetti maken voor twaalf mannen en vrouwen is al een hele klus maar als je dat moet doen op een kookvuur dat maar op halve kracht werkt, dan loopt het een beetje uit.
Het was des te lekkerder. Alle restjes werden opgesoupeerd, nog wat brood, nog wat fruit en de wijn.
Na de maaltijd kwam Béatrice (afgevaardigde van de paters) vragen of alles OK was geweest.
Het raadsel rond de Duitse man werd onmiddellijk aangekaart en er ontstond een hele discussie waarin iedereen zijn woordje wou hebben.
De decibels gingen ontzettend hoog boven het toegelaten gehalte voor mijn oren. Ik trok mij stilletjes terug tot het voorbij was. Het raadsel werd opgelost, de brave man was voor niemand bedreigend geweest maar we hadden het graag op voorhand geweten. Ik dweilde de eethoek en de keuken en veegde iedereen de deur uit.
Er stond nog een korte wandeling in de buurt van de abdij van Rochefort op het programma. Ergens moet ik een afspraak gemist hebben want toen ik aan de bewuste abdij aankwam was er niemand. Men had aan het winkeltje van de paters gewacht om afscheid te nemen van Bertrand, Ingrid, Paul en Brigitte. Gelukkig had Ludo mij zien voorbijrijden.
Na een kort bezoek aan de sobere abdijkerk gingen we op zoek naar een marmergroeve. Het was niet ver wandelen. We zochten naar het stevige hek dat de groeve moest afsluiten voor rotsbeklimmers. Nergens was het te vinden. Nadien ontdekten we dat het domein ruimer was afgesloten met een mooie omheining. Vandalen hadden aan de toegangspoort de draad netjes uitgeknipt langs alle kanten zodat we er maar door moesten stappen om tot aan de groeve te geraken. Tijd voor een fotosessie tussen het marmer.
Omdat je Rochefort niet kunt verlaten zonder een Rochefort te drinken, reden we naar de stad en genoten van de zon, een terrasje, een pint of een koffie en namen afscheid. Omdat ik terug naar Falmagne reed, reed ik weer eindeloos verloren.
Twee keer ben ik in Chevetogne geweest. Eén keer in huis Bethanie, één keer in huis Emmaüs. Als Oever het nog eens organiseert dan raad ik Bethanie aan voor diegenen die het ‘echte’ patersleven willen beleven en Emmaüs voor diegenen die onmogelijk kunnen zwijgen. In beide gevallen is het een unieke ervaring, gedragen door je eigen cultuur hoe die ook is.
Bedankt Gerd en Frans en tot ziens aan iedereen.
Lieve
 
 Top
Laatste wijziging: 26/10/2009 21:46:55    
 
© Oever V.Z.W. Durentijdlei 52, 2930 BrasschaatGSM 0478/54 54 54 | pieter@oever.be