Login 
banner
 
 
 
 
Oever !? Activiteiten Nieuwsbrief Ledenluik
   Deze week
   Op datum
   Deze maand
   Ook voor Niet-leden
   Periodieke activiteiten
   Op soort
   Zoek activiteiten
   Reservatieregels
   Fuiven
   Weekends en Reizen
   Afspraakplaatsen
   Carpooltarieven
   Verslagen
   Annulatievoorwaarden
 
  U bevindt zich hier Activiteiten U bevindt zich hier Verslagen terug vorige   print print
delen mail
 
NIEUWSBRIEF
Verzend  Alleen link
ACTIVITEITEN
pijl lMaart 2024pijl r
madiwodovrzazo
    123
45678910
11121314151617
18192021222324
25262728293031
MEEST GELEZEN
Oever !?
Deze week
FUIVEN Singles
Activiteiten
Foto's
Nieuwsbrief
ZOEK op oever.be
google-logoOk
Verslag van ZA 30/07/2005titel
subtitelFranse Alpen, Saint Sorlin, 30-07-2005 tot 06-08-2005
 
 
 
 Vorig jaar was het zo’n toffe week geweest, dat ik er geen seconde aan twijfelde om weer in te schrijven voor de Alpenreis in Saint Sorlin. Net als vorig jaar wilde ik de heenreis in twee dagen doen om te genieten van de landelijke binnenwegen en vond twee vrouwelijke medereizigsters bereid om dit met mij te delen. Anderen die dit hoorden wilden wel aansluiten en zo vertrokken we op vrijdag 29 juli met drie wagens en 11 personen richting Pont-de-Vaux, waar we een hotelletje hadden gereserveerd.
In het begin was het wat lastig om het juiste rijritme met drie wagens te vinden, maar uiteindelijk lukte dat wel en bleven we netjes samen. De nodige plas-, rook- en koffiepauzes werden ingelast en natuurlijk werd ook een picknickmoment voorzien. We hadden afgesproken om het rustig aan te doen en ook iets van het Franse patrimonium te gaan bekijken. Dus toen we Langres bereikten, zetten we onze auto’s op een parking en togen op weg langs de wallen van de versterkte stad. Het was de moeite waard, want van op de hoge muren hadden we een prachtig zicht op de omgeving. Uiteraard wilden we ook wat van de binnenstad zien en daalden we af om door bochtige straatjes de stad te doorkruisen, op zoek naar een gelegenheid met een behoorlijk toilet. Even een gezellig terrasje en dan terug naar de auto’s om onze reis verder te zetten. Maar dat was het probleem! Waar stonden de auto’s? Door het gekronkel door de straten was ons richtingsgevoel in de war. Gelukkig is heel Langres omwald en toen we de muren eindelijk bereikten, was het een kwestie van gokken , links of rechts. Links was de goede keuze en zo vonden we de wagens terug. Door al dat gezoek hadden we wel meer tijd verspeeld dan gepland en een telefoontje naar het hotel om te zeggen dat we later zouden zijn dan zes uur was wel nodig (hoera voor de uitvinder van de GSM). De rest van de tocht verliep vlot, al was het wel half acht voor we Pont-de-Vaux bereikten. Mooie kamers, zachte bedden en een uitstekend avondmaal wachtten ons daar op.
De volgende morgen terug de bagage in de auto’s gepropt en verder op weg naar Saint Sorlin. We hadden nog een 300 km voor de boeg, dus haast was niet nodig. Tot we net voor Chambéry aan de ‘Tunnel du Chat’ kwamen. Ik had het moeten weten en deze tunnel vermijden, want files zijn daar schering en inslag. We hadden dus prijs en verloren daar heel wat tijd. Pas rond vijf uur bereikten we het hotel, waar we een groot deel van de groep op het terras aantroffen. Koffers naar de kamer, even wat drinken, lekker eten, praten over koetjes en kalfjes en dan een welverdiende rust na een toch lange rit.
Zondag was het mooi weer en als organisator van de wandelingen zocht ik op de kaart naar een mooie niet te lange wandeling. Ik vond er één van 10 km, die aan het hotel vertrok. Bijna heel de groep, zo’n 50 mensen, in mijn kielzog op weg om de bergen te ontdekken. Al gauw bemerkte ik dat ik toch even beter naar de hoogtelijnen had gekeken, want de helling die we opmoesten ging pittig omhoog. Als je zo van beneden naar boven kijkt, denk je, ‘MOET IK DAAR OP ?’en ja, daar moesten we op. Ik moet zeggen dat ik me op dat moment niet echt goed voelde. Wat doe ik die mensen aan, dacht ik, en dat op de eerste dag. Op mijn kaart zag dat er zo plat uit. Maar proficiat voor iedereen. We geraakten allemaal boven en daar wachtte de beloning in de vorm van een prachtig houten terras. Er stonden weliswaar geen tafels en stoelen op, maar iedereen vleide zich op de houten planken en genoot van de zon terwijl de picknick lekker smaakte. Een lange rustpauze was zeker verdiend. Achteraf bekeken was het ‘afzien’ bij de beklimming de moeite waard, want de afdaling was prachtig. Eerst even een avontuurlijk stukje met klauteren over rotsen, maar daarna een zeer mooi geleidelijk aflopend paadje met adembenemende panorama’s. Niemand heeft me die misrekening verweten, de prachtige afdaling deed de ellende snel vergeten. En, … genieten van het zalige terras van hotel La Balme was de ultieme beloning. ’s Avonds na het avondeten organiseerde ik nog een ‘vier-op-één-rij’ tornooi. Hoewel er eerst wat bedenkelijk werd gekeken door de volwassenen boden er zich toch een 20-tal kandidaten aan en die ondervonden dat zoiets toch behoorlijk spannend kan zijn. Bij de laatste babbel verraste Jos Statiefke ons op een powerpointpresentatie van de foto’s die die dag genomen waren. Vanaf die eerste avond was dat een vaste avondactiviteit die door iedereen gewaardeerd werd. Al bij al was het een fijne dag geweest, al doken er sommigen vroeg in bed, een klein ietsiepietsie oververmoeid.
De volgende morgen, maandag, was het weer stralend mooi weer. Bruno besliste om naar het avonturenpark te gaan en kreeg direct veel kandidaten waaronder bijna alle kinderen. Naar ik later hoorde was het een geslaagde dag geweest. Een andere groep trok er met de auto op uit naar ‘La Grave’, waar je met de kabelbaan de top van de berg ‘La Meije’ kan bereiken. Daar boven is een gletsjer waaruit een ijsgrot is gehouwen met prachtige sculpturen. Die groep had ook niets dan lof over hun dag en wat ze gezien en beleefd hadden. Ik wilde uiteraard terug gaan wandelen. Vermits ik vermoedde dat ik aan geloofwaardigheid had ingeboet, had ik een wandeling gepland die uit twee delen bestond. Een eerste deel dat ‘plat’ was, gevolgd door een zwaarder deel. Zo ging dan toch nog een flink aantal van de groep mee op stap, sommigen om op het einde van deel één terug te keren, anderen om mij te volgen voor een tocht van 16 km. De voorspelling dat het niet zo zwaar zou zijn qua hellingsgraad als de vorige dag kwam uit. Na het eerste platte stuk begonnen we aan de beklimming die veel geleidelijker was en volgden we weer een prachtig paadje tussen de ongelooflijk gevarieerde bloemenpracht. Vermits de groep nu kleiner was en het niveauverschil ongeveer gelijk was, vlotte de tocht prima en vonden we een mooi plaatsje om te eten. Jammer genoeg verdween op dat moment de zon en dachten we, daar gaat het mooie weer. Maar eens terug op stap verdwenen de wolken terug. Een mooi moment van de dag was de kudde schapen die we passeerden, en die helemaal niet bang waren. Uiteraard hoorde een terrasje onderweg tot de ‘bijna’ afsluiter van de wandeling. Al met al was het toch zes uur voor we terug in het hotel waren. Net op tijd, want de eerste regendruppels begonnen te vallen. De regenwolken hadden dus toch hun weg gevonden naar de Col de la Croix de Fer.
Dinsdag had ik weer een wandeling voor iedereen gepland, want ook de minder goede wandelaars moesten aan hun trekken komen, vond ik. Ik had vorig jaar al een wandeling langs een stuwmeer georganiseerd en die was toen bij iedereen zeer goed in de smaak gevallen. Alleen waren de weergoden het niet eens met mijn keuze, want de regen viel in bakken uit de loodgrijze hemel. Wat nu ! Alternatieven zijn er in de bergen weinig, dus stapten we in de auto’s om een stadje te gaan bekijken. Sommigen trokken naar Albertville, maar in vond St-Jean de Maurienne al ver genoeg. Het was immers een afdaling met enorm veel scherpe bochten van ongeveer een uur naar deze dichtstbijzijnde stad. Vooral door het natte wegdek was het een hachelijke rit die ik niet graag vaak zou willen maken en waarbij (zoals ik later hoorde) enkelen bijna hun maaginhoud een andere bestemming gaven. Het werd een echte lummeldag, slenterend van het ene punt naar het andere, want veel is er niet te zien in deze stad. Gelukkig was de pizza, gegeten op een overdekt terras lekker, al moesten we wel onze jas aanhouden, want het was vrij fris. Terug in het hotel zijn we met een klein groepje dan maar in de sauna gekropen. Je moet toch iets aan je dag hebben. ’s Avonds was het quiz. Vermits Luc, die vorig jaar de vragenwedstrijd in elkaar had gestoken in laatste instantie niet meekon, was het een inderhaast ineengestoken quizje met vragen uit de ‘Trivial Persuit’. Toch was het enorm leuk en ik vermoed dat iedereen van de avond genoten heeft. Zelfs de kindergroep presteerde fantastisch. Zeker voor herhaling vatbaar.
Woensdag bij het opstaan regende het nog zachtjes en iedereen zag zich opnieuw veroordeeld tot weer een saaie dag, maar de weersvoorspellingen gaven opklaringen in de namiddag, dus toen het om halfelf stopte met regenen vertrokken we toch voor de stuwmeerwandeling die we de vorige dag niet hadden kunnen doen. Bruno die eigenlijk de ‘via ferrata’ wilde gaan doen, zag zich genoodzaakt om dat weer uit te stellen, want op natte rotsen klauteren is onbegonnen werk. Hij ging dus ook mee wandelen. Met de auto’s vertrokken we tot even voorbij de Col de la Croix de Fer om daar aan het stuwmeer op een grote parking te verzamelen. Koud was het daar. Iedereen ingeduffeld in alles wat ze bij zich hadden en sommigen hadden al spijt dat ze geen handschoenen hadden. Maar één keer onderweg stap je je warm en liepen we achter elkaar op het paadje. Het was wel een heel andere wandeling dan vorig jaar. Toen scheen de zon, was het warm en kon iedereen zonnen, gelegen in het gras. Nu was het doorstappen om niet te bevriezen. Van het mooie stuwmeer was weinig te zien door laaghangende bewolking. Bovendien kwamen we op een paadje terecht dat vorig jaar best begaanbaar was, maar nu zo glad was dat iedereen wegschoof. Rechtsomkeer dus, weer langs dat glibberpaadje. Vrij gevaarlijk eigenlijk, waarbij enkelen echt bang waren. Gelukkig kwam het Oevergevoel weer boven en iedereen bood een helpende hand waar het nodig was. Picknicken in zo’n kou is echt niet gezellig, en de boterhammetjes verdwenen zeer snel achter de kiezen. Terug naar de auto’s. Daar aangekomen zagen we dat Luc bijna in zijn blootje stond. Wij bibberen en hij bloot, hoe kan dat nu ? Uiteraard als je over de stenen van de rivier iemand wil volgen, kan het wel gebeuren dat je uitglijdt. Dat was met Luc gebeurd. Met alles aan in het ijskoude water. Hij liever dan ik! Gelukkig had hij droge kledij bij zich zodat hij gewikkeld in een deken toch nog even mee naar een réfuge kon gaan om de wandeling af te sluiten, sommigen met een lekker bord warme tomatensoep.
Donderdag, bij het openen van de luiken was ik aangenaam verrast. Zon, mooie blauwe hemel en warme temperaturen. Wie had dat verwacht. Uiteraard een geschikte dag om naar de gletsjer en de drie meren te trekken. Vroeg op pad, want het was weer een verre trip als je tot aan de gletsjer wilde geraken. Vertrek op de parking van de Col de la Croix de Fer. Twee verschillende wegen om tot bij het eerste meer te geraken. Eén die gestaag omhoog ging en één die lang vrij vlak bleef en dan pittig omhoog leidde. Dus werd weer de keuze aan de wandelaars gegeven. Afspraak in de réfuge nabij het eerste meer. De groep splitste zich op, om na ongeveer 2 uur elkaar terug te vinden bij een koffie, zelfs met pannenkoeken, of ‘un chocolat chaud’. Wie nog verder wilde volgde mij, wie daar wou blijven en het rustig aan wilde doen, bleef bij het eerste meer. Op het einde van het tweede meer vonden we een mooie plek om even de magen te vullen. En geloof het of niet, maar Jos Statiefke vond eten maar bijzaak, zwemmen dat zag hij wel zitten. Dus kleren uit en even een duik in het ijskoude gletsjermeerwater. Ik weet niet wat de anderen voelden toen we dit zagen, maar ik heb direct een trui aangetrokken, ik kreeg het koud door er alleen maar naar te kijken. Lang duurde de zwembeurt en onze pauze niet en Jos moest al klimmend zijn lunch verorberen en kreeg hij het waarschijnlijk terug warm, als hij het al koud heeft gehad, want volgens mij kent hij dat woord niet. Iedereen die meeging naar de gletsjer, was het ermee eens dat het een prachtig nog ongerept stuk Alpen was. Vooral de kinderen van Stefaan waren niet te houden. Sneeuw in de zomer, dat hadden ze nog nooit beleefd. Hoe zulke jonge kinderen zo’n afstand kunnen overbruggen zonder te zeuren en steeds vrolijk te blijven, dat verdient een enorme proficiat. Bij het begin van de laatste beklimming naar de gletsjer zagen wij ineens twee mountainbikers hun fiets parkeren aan een rots. Bleken het Mon en Jean-Marie te zijn die de hele beklimming tot daar met de fiets hadden gedaan, maar daar noodgedwongen moesten stoppen omdat de weg onberijdbaar werd. Zij dus maar mee te voet naar boven. Hadden ze nog wel adem over? Lang konden we echter niet boven bij de gletsjer blijven, want de terugweg was nog lang al ging het nu iets gemakkelijker omdat het overwegend dalen was. Ook nu weer zagen we de moedige fietsers al huppelend met de fiets afdalen. Hoe ze het durven weet ik niet. En hoe ze het kunnen, zo klimmen in de bergen begrijp ik niet. De timing van de afdaling was echter perfect, want terug aan de auto’s vonden we de achterblijvers op het terras waar we afgesproken hadden. Zij waren er ook nog maar net, want zij hadden de dag doorgebracht met zonnen, lezen en wat praten, onderwijl genietend van het mooie meer. Met een zeer voldaan gevoel dat we helemaal tot aan de ijsmassa geraakt waren, keerden we terug naar het hotel. Die dag was Bruno er eindelijk in geslaagd om met een groep van ongeveer 15 personen de ‘via ferrata’ te doen. Geslaagde dag, hoorde ik. ’s Avonds was het bingo, georganiseerd door het hotel zelf. Drie verblijven voor 2 personen in een Skiworldhotel in de zomer waren de te winnen prijzen. Geloof het of niet, maar Mieke won twee van de drie prijzen. Een beetje gulzig, vind je niet? (grapje hoor Mieke) Daarna trok nog een deel van de groep naar de pub. En dat het daar ook gezellig was geweest, zag je aan sommige hoofdjes de volgende morgen.
Vrijdag, de laatste dag. Velen wilden het rustig aan doen en het weer leende zich ertoe. Echt weer om aan het meertje in de buurt te gaan luieren. Ik besloot om toch maar te gaan wandelen. Van luieren word je zo lui en loom. Toch wilde ik het niet te zwaar maken. Na zo’n tocht als de vorige dag mocht dat wel. Na lang zoeken op de kaart meende ik een vrij vlakke wandeling gevonden te hebben. Met zijn zestienen trokken we er op uit. Afspraak in La Vilette aan de kapel. Ik was de laatste wagen en toen we aan de kapel kwamen, … geen andere Oeverleden. Wat bleek, … er waren twee La Vilettes en de anderen stonden daar. Weer proficiat voor de uitvinder van de GSM, want vrij vlug hadden we elkaar teruggevonden. Dus op pad. Jammer genoeg klopte de weg niet echt met de kaart en liepen we verloren. Met vereende krachten, georiënteerd op de zon en blijven wandelen tot we een herkenningspunt opmerkten, vonden we de weg terug. We moesten even een stukje langs de baan wandelen en daar reden Yves en Luc ons voorbij op de fiets. Weer zo’n moedige kerels. Vanaf dan was het simpel en werd het een mooie rustige en vooral gemakkelijke wandeling. We kwamen nog verschillende riviertjes tegen die van de berg klaterden, en alhoewel Jos Statiefke elke keer handen en gezicht verfriste, waagde hij zich niet meer aan totale douchebeurt. Deze wandeling was een mooie afsluiter van een grandioze week.
’s Avonds werd ik nog aangenaam verrast. Na het avondmaal vroeg Mariette het woord en bedankte mij uit naam van de hele groep voor het organiseren van de wandelingen en enkele avondactiviteiten. Ik kreeg een zingende knuffelmarmot en een door iedereen getekende kaart. Ik was echt ontroerd. Het vraagt wat inzet om alles te organiseren en als dat dan zo geapprecieerd wordt geeft dat een fijn gevoel. Nogmaals bedankt iedereen. Ook Bruno werd bedankt met een attentie voor zijn sportieve activiteiten evenals Jos Statiefke voor het oplossen van de grote vervoersproblemen en het fotowerk. Die avond werd ook Linda van Zoersel bezongen, want zij werd de dag erop een halve eeuw en dat is toch voor een speciale verjaardag. Velen van ons hebben die al beleefd.
Nu nog allemaal naar huis. Over de terugrit wil ik niet te veel kwijt, want die was niet zo leuk, met files, werken, en vooral veel tijdverlies. Ons groepje (en naar ik hoop iedereen) is heelhuids thuisgekomen en dat is het belangrijkste. Volgend jaar zijn we weer van de partij !
 
 Top
Laatste wijziging: 17/07/2007 15:00:07    
 
© Oever V.Z.W. Durentijdlei 52, 2930 BrasschaatGSM 0478/54 54 54 | pieter@oever.be